Midden-Nederland blikt terug op regionale samenwerking

Op donderdagmiddag 25 januari 2018 organiseerden provincie Utrecht, Vialis en Technolution een presentatie in De Bilt over tweeëneenhalf jaar samenwerken in het programma Regionaal Verkeersmanagement Midden-Nederland. NM Magazine was erbij.

De relatief kleine regio Midden-Nederland telt maar liefst 28 verschillende wegbeheerders: Rijkswaterstaat, provincie Utrecht en 26 gemeenten. Reizigers hebben natuurlijk geen boodschap aan zo’n bestuurlijke verdeling: die willen gewoon veilig, betrouwbaar en voorspelbaar van A naar B reizen. Precies dit uitgangspunt heeft geleid tot een intensieve samenwerking van de wegbeheerders in Midden-Nederland.

 

 

RVM Midden-Nederland
Half 2015 zijn de 28 wegbeheerders het programma Regionaal Verkeersmanagement Midden-Nederland gestart. Er wordt ook flink geïnvesteerd in grote infrastructurele projecten, maar tijdens de bijeenkomst op 25 januari in De Bilt gingen de sprekers vooral in op de aanpak om de bestaande infrastructuur beter te benutten. Die aanpak kent drie pijlers, zo werd de aanwezigen voorgehouden.

  1. Data op orde. Alle benodigde data worden ingewonnen en verrijkt om goed inzicht te krijgen in de technische en verkeerskundige status van de bestaande infrastructuur.
  2. Techniek op orde. In nauwe samenwerking met de markt hebben de partijen in Midden-Nederland een volledig verkeersmanagementsysteem gerealiseerd. Op basis van de data kan de regio nu effectiever en eerder ingrijpen bij storingen en vertraging. Dankzij het systeem worden weggebruikers ook voorzien van betere informatie over reistijden en alternatieve routes. “Dit is een mooi voorbeeld van meerdere deelsystemen van verschillende leveranciers die toch gewoon één systeem vormen”, aldus Paul van Koningsbruggen van Technolution. “Nu dit werkt, kan de regio als één groot samenwerkingsverband functioneren.”
  3. Keten op orde. Binnen de regio zijn verschillende overlegorganen ingericht om de samenwerking en de keten op orde te krijgen. Zo is er gezamenlijk storingsbeheer, is er een wijzigingsadviesraad om procesaanpassingen in de keten te bespreken en is er een regionaal tactisch team voor het operationele regionale verkeersmanagement.

Wat de keten betreft, heeft de regio ook veel energie gestoken in een transparante samenwerking met de private partijen. Dat biedt een goede basis om de samenwerking aan onze snelle wereld aan te passen, legde Robin Van Haasteren van Vialis uit. “We moeten bij de samenwerking veel meer gaan zitten op het ‘wat’ en vooral het ‘waarom’ in plaats van het ‘hoe’. De ontwikkelingen gaan zo snel dat het ‘hoe’ vaak al achterhaald is voordat wordt gestart.”

Martijn van Rij van Sweco, hoopt in dit verband dat er meer verantwoordelijkheid bij de markt komt. “We zitten nu nog in de fase dat elke wegbeheerder zijn eigen lokale oplossingen heeft. Dat kan je ook centraliseren. En waarom zou een marktpartij dat niet kunnen doen? Maar je moet als organisatie wel dingen uit handen durven geven. Dat is een omslag.”

Vervolg
De afgelopen tweeënhalf jaar waren geslaagd, zo was de teneur van de middag, maar er ligt nog meer in het verschiet. De huidige overeenkomst loopt nog twee jaar en inmiddels denken de partijen ook na over een vervolg. In zo’n vervolg zullen alle leerpunten moeten worden meegenomen en zal de samenwerking waar nodig moeten worden gemoderniseerd. Publiek en privaat kunnen dan bijvoorbeeld samen de risico’s voor innovaties dragen.

“We moeten in de contractvormen rekening houden met de krachten en beperkingen van de betreffende partijen”, aldus Erik de Boer, namens provincie Utrecht de programmamanager van RVM Midden-Nederland. Wat vooral voorop moet staan, is het gemeenschappelijke doel om de regio bereikbaar, veilig en leefbaar te houden, meent hij. “De belangen van de partijen mogen best uiteenlopen – als we maar hetzelfde eindplaatje nastreven. Het resultaat telt.”