Erik de Bruine: “Corona heeft de digitale leermiddelen een enorme boost gegeven”

Corona heeft bij PAO Techniek en Management, het opleidingsinstituut voor technische professionals, gezorgd voor een complete ommezwaai in de manier van lesgeven. Van vrijwel volledig klassikaal is PAOTM naar het nieuwe normaal van online onderwijs gegaan. Programmadirecteur Erik de Bruine vertelt over de ervaringen.

“Wij spreken hier inmiddels van een periode vóór en tijdens corona. Voor corona was meer dan 95% van onze lessen klassikaal. Alleen voor enkele van de langer lopende opleidingen voorzagen we ondersteuning met een digitale leeromgeving, waar studenten meer achtergrondinformatie kunnen halen en extra kunnen oefenen. Maar toen we in maart werden geconfronteerd met de lockdown hebben wij onze klassikale lessen omgezet in digitale lessen via videostreams. Noodgedwongen en na enige aarzeling, eerlijk gezegd.

Die aarzeling is omdat wij heel sterk in de kracht van interactie geloven. Wij organiseren cursussen en opleidingen voor professionals in techniek en management. Deze cursisten leren tijdens de cursus niet alleen veel van onze docenten maar ook van elkaar. Het vrij kunnen spreken en met elkaar discussiëren vinden we daarom een belangrijk aspect van de lessen.

Wij merkten dat onze docenten en cursisten inderdaad moesten wennen aan de digitale lessen. Zeker de eerste maanden was er koudwatervrees voor de videolessen en was de interactie minder. Maar sinds de zomer merken we dat zo’n beetje iedereen er wel mee overweg kan: alles loopt soepeler en er is veel meer interactie nu. Wat zeker zal hebben bijgedragen is dat we in de zomer een groot deel van onze docenten hebben geschoold in het geven van online lessen.

Een mooie ontwikkeling is ook dat de diverse aanbieders van videodiensten hun software de afgelopen tijd sterk hebben verbeterd. Het was in het begin een echte ‘rat race’ om de beste te zijn. Wij werken nu met drie verschillende aanbieders, Zoom, WebEx en Microsoft Teams, en alle drie programma’s zijn beduidend veiliger en gebruiksvriendelijker geworden.

Maar goed, dan nog is het natuurlijk anders dan voor de klas staan. In een digitale omgeving moet je bewust aansturen op interactie. Onze ervaring is ook dat je in dezelfde tijd minder kunt doen, simpelweg omdat de interactie meer tijd kost in een online omgeving. Daarom moeten we terug naar de basis: wat willen we écht overbrengen tijdens de les? Vanuit die leerdoelen bouwen de docenten de lessen opnieuw op, met bewuste interactiemomenten.

Ons nieuwe normaal, en dat geldt voor vele opleiders met ons, is dat we nu vrijwel alle lessen in meer of mindere mate digitaal doen. Volledig online lessen bij een lockdown en hybride lessen als er geen lockdown is maar er nog wel RIVM-richtlijnen gelden. Bij een hybride cursus zitten we met een veilig aantal studenten in een ruime zaal in examenopstelling en is er een videoverbinding met deelnemers die thuis in quarantaine zitten. Voor ons is dat natuurlijk makkelijk omdat wij met kleine groepen werken. Op de universiteiten en hogescholen zijn de groepen zo groot dat ze al heel lang volledig online werken. Wij zijn gevestigd op de campus van de TU Delft en zien hier al sinds maart vrijwel geen studenten meer.
Ik denk dat deze digitalisering van het onderwijs voor een deel blijvend is. Zeker voor grote groepen of internationale bedrijven kun je nu heel goed een deel van je onderwijs digitaal geven.

De ontmoeting moet wat mij betreft wel weer zo snel mogelijk terugkomen, want juist het ontmoeten van gelijkgestemden in een cursus geeft die extra meerwaarde. Als je zelf terugdenkt aan een gevolgde cursus, wat komt er als eerste in je hoofd? Waarschijnlijk de docent, maar je mede-cursisten staan vast op de tweede plaats, nog vóór de inhoud van de cursus verwacht ik!”