Mobiliteitsaanpak Maastricht: zeven lessen over gedragsmaatregelen

In de eerste helft van 2014 werden afrit 55 van de A2 en afrit 1 van de A79 wegens werkzaamheden beide ongeveer vier weken afgesloten voor verkeer. Maastricht Bereikbaar heeft werknemers op de aangrenzende bedrijventerreinen die normaliter de auto nemen, proberen te verleiden tot het gebruik van het openbaar vervoer en de e-bike. In hoeverre zijn zij daarin geslaagd? En leidden de gedragsmaatregelen ook tot duurzame veranderingen in het gedrag?

Afrit 55 van de A2 was van 7 april tot 2 mei 2014 afgesloten voor alle verkeer, afrit 1 van de A79 van 30 juni tot 25 juli. Omdat afrit 55 nabij bedrijventerrein Randwyck ligt (goed voor 25.000 arbeidsplaatsen) en afrit 1 nabij industriegebied Beatrixhaven (8000 arbeidsplaatsen), hadden de afsluitingen vooral consequenties voor autoforenzen: zij konden hun werkplek niet meer via de gebruikelijke route bereiken. Er waren wel alternatieve routes, maar dat betekende sowieso omrijden (= meer reistijd) en ook was de capaciteit van die routes beperkt (= snel files, nog meer reistijd). Daarom is van meet af aan ingezet op mobiliteitsmanagement, oftewel het terugdringen van het aantal auto’s in de spits. Maastricht Bereikbaar, de samenwerkingsorganisatie die het Beter Benutten-programma van het ministerie van Infrastructuur en Milieu in de regio uitvoert, heeft in deze ‘gedragsaanpak’ het voortouw genomen.

Campagne MaastrichtAanpak
De gedragsaanpak kende twee pijlers. De eerste was een e-bike probeeractie, waarbij elke deelnemer één of meer weken lang gratis een e-bike kon proberen. De tweede was een probeeractie voor het openbaar vervoer: een gratis OV-kaart voor alle weken van de afsluiting. Voor afsluiting 1 werden bovendien aanvullende acties getroffen gericht op het voor- en natransport, zoals het gratis gebruik van P+R-faciliteiten en de OV-fiets. Om deelnemers te werven voor de acties is met flyers, posters, nieuwsbrieven etc. campagne gevoerd onder de bedrijven op Randwyck en industriegebied Beatrixhaven. Onder deze bedrijven bevonden zich enkele convenantpartners van Maastricht Bereikbaar.

Resultaten
Maastricht Bereikbaar heeft een onafhankelijk onderzoek laten uitvoeren naar de resultaten (aantal deelnemers, aantal spitsmijdingen) én naar de beweegredenen van deelnemers en niet-deelnemers. De deelnemers aan de probeeracties zijn geënquêteerd met behulp van vragenlijsten. Daarnaast is een kleine groep deelnemers en niet-deelnemers geïnterviewd.
Wat zijn de belangrijkste uitkomsten van de effectstudie? Allereerst de cijfers. Aan de acties rond afrit 55 deden in totaal 284 forenzen mee: 76 aan de actie E-bike en 208 aan de actie OV-kaart. Bij de acties rond afrit 1 gaat het om 48 mensen: 10 leenden een e-bike en 38 gebruikten een OV-kaart. Het aantal deelnemers was daarmee lager dan vooraf ingeschat: er waren meer e-bikes en OV-kaarten beschikbaar gesteld dan er uiteindelijk gebruikt zijn.
Gedurende de afsluiting van afrit 55 hebben de 284 deelnemers elke dag 134 ochtendspitsritten gemeden. Dat is 68% van hun normale aantal ochtendspitsritten. Tijdens de afsluiting van afrit 1 meden de 48 deelnemers dagelijks 22 ochtendspitsritten, oftewel 55%. Veel deelnemers zijn bovendien van plan een e-bike of trajectkaart aan te schaffen, nu zij dit hebben kunnen testen. Op basis van hun eigen inschatting en een aantal conservatieve stelregels, is de duurzame gedragsverandering berekend. De verwachting voor afrit 55 zijn 46 structurele dagelijkse ochtendspitsmijdingen, bij afrit 1 zijn dat er 7. In absolute zin zijn dat misschien geen grootse verschuivingen, maar procentueel gezien gaat het om interessante effecten: ná de wegwerkzaamheden, als de werkplek in principe weer goed bereikbaar is met de auto, blijft het aantal spitsritten van de groep deelnemers nog altijd 38% (afrit 55) en 18% (afrit 1) onder het voorheen gebruikelijke aantal.

Lessen
Dankzij de vragenlijsten en interviews heeft Maastricht Bereikbaar ook meer inzicht verkregen in de beweegredenen achter de cijfers. Daar kunnen een aantal praktische lessen uit worden geleerd.

Les 1: Houd de doelgroep scherp voor ogen. Zijn de e-bikes voor alle mensen geschikt? Rijdt het OV op de juiste tijden? Is de actie wel interessant voor de doelgroep? Een deel van de potentiële deelnemers, zowel bij afrit 55 als bij afrit 1, konden niet deelnemen aan de acties terwijl zij dit wel wilden. De gebruikte e-bikes bijvoorbeeld waren niet geschikt voor mensen van 1,90 of langer – in een volgende actie zouden er dus ook e-bikes voor lange mensen kunnen worden ingezet.
Les 2: Zie de (tijdelijke) aanleiding als kans voor het creëren van een duurzame gedragsverandering. De mobiliteitsaanpak was er allereerst op gericht om de hinder rond de afsluiting van de afritten te beperken. Maar in de casus is die aanleiding gebruikt om deelnemers aan geheel nieuw gedrag te laten wennen: niet slechts de spits mijden door iets vroeger of later met de auto te rijden, maar kiezen voor een andere modaliteit. Een deel van de duurzame veranderaars was al van plan nieuw gedrag te testen – voor hen was de uitprobeeractie een ‘katalysator’ – maar andere veranderaars hebben het alternatief dankzij de actie ontdekt.
Les 3: Ontzorg de deelnemers. Voor veel automobilisten is reizen per openbaar vervoer of met de e-bike nieuw en onbekend. Ondersteunende acties zijn dan ook nodig om hen over de streep te trekken. Denk aan het natransport voor de openbaarvervoerreizigers, goede en veilige stallingen voor de e-bikes enzovoort. Ontzorgen is het toverwoord.
Les 4: Maak maximaal gebruik van de convenantpartners… Campagne voeren voor de probeeracties via de convenantpartners van Maastricht Bereikbaar werkte uitstekend. De naamsbekendheid die Maastricht Bereikbaar onder die partners heeft was al goed, het bereik groot en de campagnematerialen werden goed verspreid.
Les 5: … en investeer in niet-convenantpartners. Campagne voeren onder niet-convenantpartners vergt een (veel) grotere tijdsinvestering: langsgaan, promotiemateriaal achterlaten, nabellen etc. De wervingsresultaten in de casus waren ook minder goed. Het voordeel was wel dat de bekendheid met Maastricht Bereikbaar groeide én de bekendheid met de mobiliteitsdiensten van Maastricht Bereikbaar. Dat biedt voor de langere termijn perspectief.
Les 6: Betrek omliggende woonwijken in de campagne. Dit kan een goede manier zijn om meer spitsmijdingen te bewerkstelligen. Vooral wanneer het aanbod, in dit geval de beschikbare e-bikes en OV-kaarten, nog niet ‘opgebruikt’ is.
Les 7: Denk na over de fase van gedragsverandering waarin mensen zich bevinden. Deelnemers en niet-deelnemers aan de acties bevonden zich in verschillende fasen van gedragsverandering. Er zijn normaliter vier fasen: 1) ontdekken alternatieven, 2) kennis opdoen over alternatieven, 3) uitproberen alternatieven en 4) nieuw gedrag bestendigen. Idealiter doorlopen mensen alle vier de fases achtereenvolgens. In werkelijkheid gaan mensen niet zo netjes alle fases door. Een aantal niet-deelnemers bevond zich voor de acties nog in fase 1. Zij hebben door de campagne kennis opgedaan over alternatieven en bevinden zich nu in fase 2. De meeste deelnemers bevonden zich in fase 2. Een deel van hen heeft gekozen om fase 3 in te gaan, alternatieven proberen, omdat zij dit al een poos wilden. Een ander deel is door de actie van Maastricht Bereikbaar fase 3 ingestuwd. Van de deelnemers die fase 3 zijn ingegaan, is een deel daar blijven steken. Zij weten nu dat het gekozen alternatief niets voor hen is, of pas op iets langere termijn interessant is. Een deel is naar fase 4 gegaan.

Tot slot
In de Mobiliteitsaanpak rond A2/A79 Maastricht is goed gebruik gemaakt van het momentum: door de afsluitingen was er een concrete en serieuze aanleiding om het mobiliteitsgedrag aan te passen en deze aanpassing is ook gestimuleerd en gefaciliteerd. Het gevolg zijn goede mijdingspercentages onder de deelnemers, maar tevens een ‘bijvangst’ in de vorm van blijvende gedragsaanpassing. Het aantal deelnemers was beperkter dan vooraf ingeschat, maar de effectstudie heeft uitgewezen dat zelfs onder niet-deelnemers effecten zijn waargenomen. Zo is de bekendheid van Maastricht Bereikbaar en haar diensten toegenomen, maar ook zijn veel niet-deelnemers opgeschoven van fase 1 in de gedragsverandering naar fase 2. Dat heeft in het project zelf niet tot meer spitsmijdingen geleid, maar is voor de langere termijn zeker winst te noemen.

____

De auteurs
Dr. Katya Ivanova is programmamanager van Maastricht Bereikbaar.
Miriam Dorigo MSc en drs. Casper Stelling zijn onderzoekers bij MuConsult. Zij waren verantwoordelijk voor de effectstudie van de probeeracties.