Case: Rekenen met verkeeremissies

Beleidsmakers en wegbeheerders moeten zich welhaast in een spagaat bewegen om het verkeer rijdende te houden én te voldoen aan de aangescherpte Europese milieunormen. Vooral rond grote verkeersaders zijn extra maatregelen gericht op het beperken van de uitstoot urgent. Maar hoe bepaal je vooraf welke maatregel in de gegeven situatie de beste is?

 
Foto: Robert de Voogd. Met dank aan: MiniWorld Rotterdam

Tot nu toe zijn maatregelen als verkeerslichten, rotondes, doseerlichten en groene golven vooral gericht op de doorstroming. Voordat wegbeheerders zulke voorzieningen uitrollen, gebruiken ze meestal eerst een microsimulatieprogramma om de effecten op de doorstroming te berekenen.

Het probleem is echter dat je er niet voetstoots van kan uitgaan dat een maatregel die goed is voor de doorstroming ook goed is voor de luchtkwaliteit. Stel bijvoorbeeld dat een belangrijke verkeersader in een stad een groene golf krijgt. Voor de doorstroming is een maatregel die een grote verkeersstroom faciliteert al snel prijs, maar voor het milieu kan het anders uitpakken. Natuurlijk stoot de grote verkeersstroom dankzij een groene golf minder uit (minder stilstaan, minder optrekken en afremmen), maar op de zijwegen wordt weer meer uitgestoten. Dat zal in absolute zin minder zijn, maar als de wachtrijen op zijwegen nu net in een grote woonwijk of bij scholen staan, kan de maatregel vanuit milieuperspectief toch averechts uitpakken. De kunst is dus om het verkeer zó te laten doorstromen dat de uitstoot de minste overlast bezorgt op plaatsen waar de luchtkwaliteit kritisch is. Maar hoe bepaal je dat?

Goede én schone doorstroming
De CO2-, NOx- en fijnstof- (PM10) uitstoot van voertuigen hangt af van talloze factoren, niet alleen type, model, brandstof maar bijvoorbeeld ook rijgedrag. TNO heeft meer dan 12.000 metingen uitgevoerd om deze uitstoot van verschillende auto’s onder verschillende rijomstandigheden te bepalen: van Smarts tot vrachtwagens, van hybrides tot Hummers, tijdens optrekken, tijdens remmen enzovoort. Deze resultaten zijn gecombineerd met de samenstelling van het Nederlandse wagenpark en verwerkt in het online emissiemodel Versit+, dat jaarlijks geactualiseerd wordt.

De milieumodule EnViVer, een afkorting van Environmental Vissim Versit+, koppelt de uitstootgegevens van het emissiemodel aan de ritprofielen uit het microsimulatieprogramma. Op deze wijze wordt niet alleen het effect van een verkeersmaatregel op de doorstroming bepaald, maar kan ook de emissie worden berekend. De module maakt bovendien inzichtelijk waar de uitstoot van CO2, NOx en fijnstof terechtkomt – in een dichtbebouwd woongebied, of juist op een plek waar mensen er weinig last van hebben. Bedrijven als DTV Consultants, Grontmij en Vialis hebben al een aantal studies met de module afgerond.

Praktijkvoorbeeld
Een voorbeeld van zo’n studie is die naar de optimale doorstroming op de Ceintuurbaan in Zwolle, die als stroomweg een cruciale verbinding is tussen de A28, het onderliggende stedelijke wegennet en de N35. Er zijn twee regelstrategieën onderzocht voor zeven opeenvolgende verkeersregelinstallaties (VRI’s). De eerste regelstrategie betreft voertuigafhankelijke regelingen, in combinatie met harde koppelingen op een master-slave complex op drie VRI’s bij de A28 en met vrije koppelingen tussen de overige VRI’s. De tweede regelstrategie gaat uit van een netwerkregeling (Toptrac).
Uit microsimulatie blijkt dat de variant met de netwerkregeling leidt tot een vertragingsreductie van maximaal 60% ten opzichte van de voertuigafhankelijke regelingen. Maar dan het milieu-element: volgens de EnViVer-module zal het gebruik van de netwerkregeling ook tot 10% minder emissie leiden in vergelijking met de voertuigafhankelijke optie.

Tot slot
Het gebruik van een milieumodule als EnViVer is een belangrijke aanvulling op de ‘kale’ microsimulatiemodellen. De combinatie maakt het mogelijk om een maatregelenpakket uit te werken dat zowel de bereikbaarheid als de luchtkwaliteit optimaal bedient.

____

De auteurs
Frans van Waes is senior consultant bij Vialis.